Invloed COVID-19
Wat een rare weken liggen achter ons. Ik ben in de war. De informatie over het COVID-19 en de gevolgen ervan dragen zoveel tegenstellingen in zich, dat ik het niet meer weet. Ik wil het niet hebben over het coronavirus zelf maar over de invloed ervan en van de maatregelen op ons werkende leven.
Wie merkt het?
De gevolgen van de maatregelen door het virus zijn per branche verschillend, maar overal merkbaar. Voor velen betekent het een financiële catastrofe. Van de horeca tot de bouw tot aan de auto-industrie en van het MKB tot grote ondernemingen. Ondanks steunmaatregelen van de overheid gaan sommige ondernemingen het helaas niet redden. En natuurlijk heeft dit ook invloed op de werkgelegenheid. Ik hoor en lees al de eerste berichten over faillissementen, nieuwe banen die niet doorgaan en ook al de eerste opgezegde contracten.
Maar er zijn ook andere berichten. Zorgmedewerkers, supermarkten, bouwmarkten, maaltijdbezorgers, webwinkels, etc. hebben het drukker dan ooit. Daarnaast zijn er ook hele mooie particuliere initiatieven. Crowdfundingacties voor mondkapjes, meubelstoffeerders en bruidsmodewinkels die mondkapjes gaan produceren. Bedrijven die plexiglasplaten produceren om kassamedewerkers te beschermen. Ondernemerschap en eensgezindheid is aangewakkerd; we dragen het samen!
Van laag tot hoog opgeleid naar cruciaal
COVID-19 geeft ons ook nieuw inzicht in de discussie over de termen ‘laagopgeleid’ en ‘hoogopgeleid’. Het gaat hierbij om de onderwijssoort, maar wordt in ons vak vaak gekoppeld aan functieniveau. Het één is niet beter dan het ander, terwijl dat in dit onderscheid wel zo lijkt.
Een andere, nieuwe term die twee jaar geleden werd gelanceerd was ‘praktisch’ en/of ‘theoretisch’ opgeleid. Als je het over ‘praktisch opgeleid’ hebt – een arts is in zekere zin ook praktisch opgeleid – wordt ‘laagopgeleid’ bedoeld, hetgeen ook niet klopt. De verwachting was dan ook dat deze termen niet zouden verdwijnen omdat er geen alternatief was.
Totdat de rijksoverheid vorige maand te midden van de coronacrisis definieerde wat cruciale beroepen (en vitale processen, al eerder beschreven) zijn. De overheid doelt hiermee op cruciale beroepsgroepen die de samenleving tijdens deze crisis draaiende houden. Het gaat hierbij niet om hoog, laag, praktisch of theoretisch, maar het gaat om de waarde die een functie toevoegt aan het draaiende houden van een maatschappij in een crisis.
Als ik kijk naar deze lijst van beroepen dan tref ik er veel MBO beroepen aan. MBO opgeleiden blijken cruciaal en onmisbaar in de maatschappij. Velen van hen zijn de helden van nu, verpleegkundigen, verzorgenden, winkelmedewerkers, schoonmakers, politieagenten, logistiek medewerkers, etc. etc. Veel HBO en WO opgeleiden, met essentiële beroepen, werken vanuit huis. Tegelijkertijd besluit de overheid dat studenten die niet aan het bindend studieadvies van een opleiding voldoen, alleen WO en HBO studenten uitstel krijgen bij vertraging door de coronacrisis.
Wat nemen we mee uit de coronacrisis?
Toen halverwege maart scholen, horeca en sportclubs, etc. verplicht op slot gingen en we allemaal (indien mogelijk) vanuit huis moesten gaan werken, viel het openbare leven stil. We hielden onze adem in…. Er werd gekozen voor welzijn en gezondheid in plaats van voor welvaart. Het draaide niet meer om de economie en financiële doelen. Ik kan me niet herinneren dit ooit eerder te hebben meegemaakt. Ik hoorde best veel mensen zeggen dat de maatregelen op het goede moment kwamen. Niet alleen vanwege de angst voor verspreiding maar vooral vanwege de zwaar gedragen workload. De trein die almaar voort dendert is (tijdelijk) tot stilstand gekomen. Wat me verder opviel was dat ‘de factor tijd’ terug keerde in ons leven, mede door sociale isolatie. Iets waar we al heel lang tekort aan hadden, werd weer voorradig. Behalve angst en rouw aan de ene kant lijkt er meer tijd en ruimte voor bezinning aan de andere kant. Ik vraag me wel af of deze ademruimte (voor mens en natuur) ons op de langere termijn tot andere inzichten brengt.
En wat betekent het voor mijn werk?
In deze bizarre tijd waarvan we niet weten welke impact die gaat krijgen op ons werkende bestaan, krijg ik verschillende vragen. “Als ik straks geen baan meer heb hoe vind ik dan een nieuwe baan? Wanneer zie ik mijn collega’s weer? Ik heb een tijdelijk contract, zal deze verlengd worden? Is het beroep dat ik nu vervul nog wel wat ik wil? In mijn werk wil ik meer van betekenis zijn voor een ander. Hoe kom ik aan zo’n baan?” Allemaal vragen waar de loopbaanconsultants van Staatvandienst je verder mee kunnen helpen.
Auteur: Petra Stemerdink, vakspecialist loopbaanbegeleiding & outplacement. Petra heeft al ruim 12 jaar ervaring in het coachen van mensen en het begeleiden in loopbaanadvies-, re-integratie– & outplacement trajecten. Deze ervaring heeft ze opgedaan bij meerdere doelgroepen waaronder jongeren en vrouwen. Als vakspecialist en senior consultant heeft zij een resultaatgerichte aanpak om nieuw, passend en duurzaam werk te vinden.